Jaguar

Ooit, heel lang geleden, in mijn jonge jaren, voorjaar 1980, heb ik een zilveren Jaguar gehad. Een prachtige XJ6. Met een elektrisch schuifdak en een vierbak
met elektrische overdrive en geweldige leren bekleding. Onder de motorkap lag een zes cilinder lijnmotor van 2,8 liter. Kenmerkend voor de auto waren de twee benzinetanks achter. Met snelsluiting. Eentje rechts op het achterscherm en een
links op het andere achterscherm. Wanneer je de auto tussen twee pomps zette kon je beide tanks tegelijk vullen. Dan had je weer 120 liter aan boord en kon je met wat geluk wel 700 kilometer af leggen. Als je rustig reed want de kat lustte
wel een slokje. Na twee weken heb ik hem al ingeruild op een enorm saaie veel zuinigere auto. De jaren daarna ben ik van allerlei Jaguars blijven dromen maar ik heb er nooit meer een gekocht. Het merk is nog niet zo heel oud. In 1922
startte William Lyons met een compagnon de Swallow sidecar company. Al snel werd een grote auto gebouwd. Die heette de SS 1. William Walmsley verliet al in 1935 het bedrijf en zodoende werd Lyons de enige eigenaar. In september 1935
komt Lyons met een totaal nieuwe auto. Het is de 100. Om precies te zijn is het de SS Jaguar 100. Na de Tweede Wereldoorlog vervielen de letters SS en ging  de firma verder als Jaguar Cars Limited. Vanaf dat moment is het snel gegaan.
In de herfst van 1948 werd de XK 120 op Earls Court aan het publiek geshowd. Van 1949 tot en met 1954 werd de XK 120 geproduceerd. Die werd opgevolgd door de XK 140 en die werd in 1957 opgevolgd door de XK 150. De auto’s zijn
leverbaar als cabriolet of coupé. In 1961 valt het doek en komt er een totaal nieuwe auto: de E-type. Naast de XK serie werden er ook grote salooncars geproduceerd zoals de MK VII. De MK VII werd van 1950 t/m 1957 gebouwd. In
1955 kwam er naast de enorm grote MK VII saloon een kleiner model op de markt. In eerste instantie werd die auto verkocht als Jaguar 2,4. Omdat hij was uitgerust met een verkleinde versie van de 3,4 liter zes cilinder motor. In 1957
kwam er een model bij met een 3,4 motor. In 1959 kwam de Mark II op de markt. Die werd leverbaar met een 2,4 en een 3,4 en een 3,8 liter motor. De auto’s waren zo snel dat ze ook populair waren om te racen en rallies te rijden.
Eind 1956 werd de MK VII opgevolgd door de MK VIII die in 1958 wordt gevolgd door de MK IX. Die krijgt rondom schijfremmen en een 3,8 liter motor. In 1961 komt er een MK X. Dat is een compleet nieuwe auto en geen doorontwikkeling.
In 1963 werd de S type aan het gamma toegevoegd. Wat afmeting betreft zat hij tussen de MK X en de MK 2 in. In 1967 wordt de Mark II opgevolgd door de 240 en de 340. In 1968 komt er een auto die als opvolger dient voor bijna alle
salooncars. Dat is de XJ6. Hij wordt leverbaar met een 2,8 liter zes cilinder motor of een 4,2 liter motor met zes cilinders. De XJ6 is zeer succesvol en blijft tot 2005 in productie. De laatste jaren ligt er een 8 cilinder onder de motorkap
en heet hij XJ8. In totaal zijn er 881.627 XJ saloons gebouwd. Een ongelofelijk aantal voor zo'n exclusieve auto. Ik heb een leuke video voor je gemaakt. Klik op deze link om hem te bekijken:
https://youtu.be/WqoWeHkp1KI
In het fotoalbum op mijn Facebookpagina staat een leuke selectie foto’s:
https://www.facebook.com/media/set/?vanity=classiccarsandlifestyle&set=a.2986806434778253

Meer weten over Jaguar? https://www.jaguarheritage.com/
 

Oude artikelen